In de theatrale installatie Dans Dans Revolutie van Lisa Weeda en BrotherTill mag ik met elf mensen de grote zaal van Bellevue betreden nadat we onze telefoons in zakjes hebben achtergelaten bij de ingang. Nog geen tien meter van het kistje waar onze telefoons in bewaard worden staat een tafel met twaalf nieuwe telefoons voor ons klaar. Er klinkt geluid uit dat ik herken. Korte fragmenten van TikTok-filmpjes en reels met steeds dezelfde melodietjes.

Boven de twaalf telefoons prijkt het kostuum van de Notsjnik, het fictieve wezen waar deze voorstelling rond draait. Een imposant pak van witte, rode en zwarte vacht, waarin een mens zou kunnen passen. Het is het wezen dat in de geschiedenis van het eveneens fictieve land Besulia de duisternis verjaagt door ’s nachts door de huizen van Besulia te razen. Als de Notsjnik deze taak na het eeuwen alleen gedaan te hebben met de mens moet gaan delen, omdat het kwaad te sterk wordt, leert hij de mens de svaboda samoverzjenja: een dans die het kwaad kan wegjagen.

De ruimte die wij met onze nieuwe telefoons betreden is grijs. Er staat een geraamte van vier uitgebrande huizen. In die vier huizen staan drie stoelen, voor iedereen een plek. Als het donker wordt in de ruimte, worden onze blikken al snel naar het licht van onze telefoons geleid.

In een stroom aan TikTok-filmpjes van het account @AnnaFromBesulya volgen we Anna en haar grootmoeder Baba Yara. We zien filmpjes van zowel schattige dorpje (#CuteVillage) en traditionele pannenkoeken (#Traditions) als van diep in de oorlog (#TheEnemyComesCloser). Isha Ferdinandus en Ria Marks spelen de kleindochter en grootmoeder met veel kracht en overtuiging, al zitten ze gevangen in een klein schermpje op mijn schoot. Het lijkt alsof ze eruit willen breken.

Anna en Baba Yara proberen hun volgers ervan te overtuigen om de svaboda samoverzjenja voor ze te dansen. In drie tutorials leren ze hun kijkers de dans, in de hoop dat er genoeg mensen zullen dansen om de oorlog uit het land te drijven. Een greep uit wat ze terugkrijgen: ‘What time is it there?’, ‘Baba looks so cute!’, ‘#StaySafe!’, ‘A war, omg!’

De hele installatie is een knap in elkaar gezette vertelling, waar veel urgentie en verdriet uit spreekt. Tussen de filmpjes door valt de stroom soms weg. De schermen van de telefoons blijven licht geven, maar kleuren grijs. De warme stem van Weeda zelf vertelt tijdens die donkere momenten het verhaal van de Notsjnik.

Dans Dans Revolutie is een waardevolle metafoor voor hoe wij vandaag de dag een oorlog beleven. We bekijken korte fragmenten die op onze tijdlijnen verschijnen, al weten we soms niet eens precies hoe het er gekomen is en wat het betekent (@randomgirl_167: ‘What am i doing here? Is this real?’). We leven mee door in de commentaren te betuigen dat we het allemaal vreselijk vinden en laten dan tijdens volgende filmpjes dat medeleven weer voor iemand anders gelden.

Als ik tijdens de voorstelling de ruimte in kijk naar de rest van het publiek kan ik weinig van hun gezichten aflezen. We staren naar de schermen. Als je alleen onze gezichten zou zien, dan zou je niet kunnen raden of we naar een video van een bestorming in een kelder in Besulia aan het kijken zijn of naar iemand die een taart bakt. Het is een confronterend geheel. Zoals ik mijn mede publieksleden naar hun telefoons zie staren, alleen een uitdrukkingsloos gezicht belicht, zo zit en kijk ik ook weleens. Zo klik ik ook door.

Ik denk niet dat Lisa Weeda en BrotherTill ons met deze voorstelling meteen proberen te mobiliseren, proberen te laten dansen, zoals Anna in haar filmpjes doet. Ze confronteren. Ze laten hun publiek doen wat ze de rest van de dag ook doen. Mijn ogen zijn moe als ik Bellevue uitloop. Het is de eerste echte warme avond dit jaar en de lucht is roze en rustig. Ik voel hoe mijn benen me dragen en hoe mijn handen samenknijpen. Voor het eerst in een tijdje realiseer ik me dat een lichaam meer kan dan zitten en kijken.

‘Dans Dans Revolutie’ is ook een roman, waarin de verhalen van Anna en Baba Yara en een aantal anderen in Besulia heel mooi worden beschreven. Het is waardevol die na of voor de voorstelling ook te lezen. Foto: Casper Koster